Mennen

Mennen is in het algemeen het rijden met paard en wagen (een "aanspanning"). Tot de opkomst van de vrachtwagen was dit een belangrijk vervoermiddel, zowel voor goederen als personen. Tegenwoordig is het rijden met aangespannen wagens vooral een hobby, hoewel er bij biologische boeren in toenemende mate belangstelling is voor het gebruik van paarden in hun bedrijf. De zogenaamde mensport is beschreven in een apart hoofdartikel.

Koetsier

Er bestaan verschillende namen voor de persoon die de aanspanning bestuurt, zoals koetsier, voerman en menner. De koetsier zit rechts op de bok. De uitrusting van een koetsier bestaat uit handschoenen, een schort, een hoofddeksel en een lange zweep. Vele moderne koetsiers rijden volgens het systeem dat door Benno von Achenbach ontwikkeld werd. Er bestaan opleidingen tot koetsier en er bestaat een koetsiersbewijs, dat men kan verkrijgen door een examen af te leggen.
 

Aangespannen rijden als sport

Hoewel de meeste menners vooral recreatief rijden zijn er diverse mogelijkheden voor competitieaangespannen sport, ook wel tuigpaardensport genoemd; hierbij gaat het om de schoonheid van de bewegingen van het paard, (de 'actie' van het paard)

  • sleep en trekwedstrijden met trekpaarden
  • authentiek gerij, waarbij met antieke rijtuigen wordt gereden in bijpassende stijlgetrouwe kledij
  • drafsport snelheidssport, wordt met sulky's beoefend op een drafrenbaan
  • mensport een internationaal beoefende sport met de onderdelen dressuur, vaardigheid en marathon; wordt beoefend met enkel-, dubbel-, of vierspan.
 

Groom

De assistent van de koetsier, de 'hulpkoetsier' die de koetsier helpt door bijvoorbeeld tijdens het halthouden van de bok af te gaan en vooraan bij de paarden te gaan staan, wordt een "groom" genoemd. De groom opent ook de deuren van de koets voor de gasten die willen in- of uitstappen. Verder kan de groom het paardentuig controleren en ervoor zorgen dat alles zit zoals het bedoeld is. De groom zit meestal links naast de koetsier op de bok van de koets. Bij wedstrijden in de mensport staat hij meestal achterop de marathonwagen of zit hij achterop op het dressuurstoeltje.

Aanspanning

Bij het mennen zijn de paarden met het rijtuig verbonden door middel van strengen en andere riemen die tot het paardentuig behoren. De menner of koetsier bestuurt de aanspanning door middel van de leidsels, die zijn verbonden met het bit in de mond van het paard (vaak ook "stang" genoemd) of de paarden. Verder gebruiken koetsiers hun stem en de zweep om de paarden aanwijzingen te geven. Het geheel van koets, koetsier en paard(en) wordt een "aanspanning" genoemd.

Er kunnen één of meerdere paarden voor een rijtuig worden gespannen. Bij één aangespannen paard spreekt men van een enkelspan. Twee paarden naast elkaar wordt tweespan of dubbelspan genoemd. Twee paarden achter elkaar noemt men een tandem. Ook gebruikelijk is een vierspan, met twee voorpaarden en twee achterpaarden. Andere manieren van inspannen zijn minder gebruikelijk, zoals drie paarden achter elkaar (randem) of naast elkaar (trojka). Ook probeert men wel, bijvoorbeeld om het kunnen van de menner te bewijzen, zoveel mogelijk paarden voor een wagen te spannen.